Niet toevallig— Jer. 1:5

Gekozen nog vóórdat je bestond

.Ik ben geadopteerd.En dat is iets waar mensen vaak alleen de mooie kant van zien.

Een nieuw gezin. Een nieuwe kans.
Maar wat ze niet zien, is de leegte die het achterlaat.
De vragen die blijven hangen:
Waarom ben ik afgestaan? Was ik niet gewenst? Wie ben ik eigenlijk?

Ik heb geworsteld met die vragen.
Jarenlang.
Want hoe kun je je geliefd voelen,
als je begint met afwijzing?

Ik voelde me vaak verdwaald in mezelf.
Alsof ik een puzzel was waarvan de randstukken ontbraken.
En ik probeerde die leegte te vullen —
met prestaties, met relaties, met overleven.
Maar niets gaf me echt rust.

ot ik op een dag een tekst las in de Bijbel.
Niet omdat ik op zoek was naar religie,
maar omdat ik snakte naar een antwoord.
Een fluistering.
En toen las ik dit:

“Nog voordat Ik je vormde in de moederschoot, kende Ik je al.”
(Jeremia 1:5)

Die woorden sloegen in als een bliksem,

maar kwamen binnen als een fluistering.
Zacht. Helend.
Alsof God zei: Jij was nooit een vergissing. Jij was altijd al gekend.

Ik begon te beseffen:
Mijn identiteit ligt niet in wie mij heeft afgestaan,
maar in Wie mij heeft gevormd.
God kende mij al voordat iemand mij een naam gaf.
Hij koos mij — niet als tweede keus,
maar als Zijn geliefde kind.

 

Voor jou, die dit leest

Misschien ben jij ook geadopteerd.
Of voel jij je op een andere manier ongewenst, vergeten, of verdwaald.
Misschien heb jij ook gedacht: Had ik er wel moeten zijn?

Maar ik wil je dit meegeven:
Je bent gekend.
Niet pas sinds je geboorte.
Maar al daarvoor.
God zag jou. God wilde jou.
En Hij fluistert het nog steeds: Jij bent van Mij.

Je hoeft niet perfect te zijn.
Je hoeft niet alles te begrijpen.
Je mag gewoon zijn.
En dat is genoeg.

 

In liefde,

Marlies 



Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.